10 goede gewoontes van een fotograaf
Iedereen heeft goede gewoontes. Gewoontes die je automatisch doet zonder erover na te denken. Als fotograaf zijn er ook een aantal goede gewoontes die erg handig zijn.
1. Apparatuur bij elkaar houden
Het is een goede gewoonte om de apparatuur bij elkaar te houden. Zorg ook dat je altijd de reservebatterij(en) in je tas of camera stopt als ze weer opgeladen zijn. Haal het statiefplaatje van je camera af en plaats deze weer op het statief. Zo kun je het plaatje nooit vergeten, alleen als je het statief vergeet mee te nemen. Plaats na het fotograferen altijd de lensdop weer op je objectief.
2. Volle batterijen
Je komt allemaal wel eens tot de ontdekking dat je wilt gaan fotograferen en dat de batterij leeg is. Erg vervelend, vooral als je ergens speciaal naar toe bent gereden om mooie foto’s te maken. Bij het fotografen met een lange sluitertijd of als het erg koud is gaan de batterijen sneller leeg. Daarom kan het handig zijn om reservebatterijen aan te schaffen. Zorg er dan wel voor dat je ze gelijk oplaadt als ze leeg zijn, anders heb je er nog niks aan.
3. Klok instellen naar lokale tijd
Bij stedentrips of vakanties kan het wel eens voorkomen dat de lokale tijd anders is dan in Nederland. Het is daarom een goede gewoonte om de lokale tijd in te stellen.
4. Weer checken
Het weer controleren is ook een goede gewoonte van een fotograaf, zeker als je ’s morgens op pad wilt gaan om bijvoorbeeld de mist te fotograferen. In het bos kun je dan mooie zonneharpen fotograferen of de dauw op de bladeren of bloemen.
5. Lens schoon
Zorg altijd dat er geen vlekken of stof op je lens zitten. Daarom is het een goede gewoonte om altijd een speciale lensschoonmaakdoek bij je te hebben om eventueel condens of vlekken te kunnen verwijderen.
6. Instellingen controleren
Het is een belangrijke en goede gewoonte om voor het fotograferen even je instellingen te controleren. Het zou bijvoorbeeld zonde zijn als per ongeluk de ISO erg hoog staat ingesteld. Er komt dan veel ruis in je foto, wat erg zonde is en waardoor de foto’s minder scherp zullen zijn.
De sluitertijd is ook erg belangrijk om onscherpte te voorkomen. Zorg dat deze niet onder 1/50 komt als je uit de hand fotografeert. Zoom je erg veel in, dan is 1/50 nog te langzaam en dan is de onderstaande stelregel makkelijk te onthouden en uit te rekenen.
Als stelregel kan je aanhouden: brandpuntafstand x 2 = sluitertijd. Dus wanneer je ingezoomd bent op 250mm, dan gebruik je 250 x 2 = 500, dus 1/500 aan sluitertijd. Zo voorkom je bewegingsonscherpte.
Wissel je wel eens van RAW naar JPEG, dan is het ook verstandig dit te controleren.
7. Avondfotografie en statief
Bij avondfotografie fotografeer je over het algemeen vanaf het statief. Daarom is het ook erg verstandig om onderstaande tips even te controleren. Bij de minste beweging of trilling krijg je onscherpte in je foto en dat is erg zonde. Het is ook belangrijk om de ISO zo laag mogelijk te houden (ISO 100) en deze pas te verhogen als het echt nodig is.
Tips voor het fotograferen vanaf statief:
- Zet stabilisatie uit.
- Maak de schouderband/-riem goed vast aan het statief. Deze mag absoluut niet bewegen!
- Gebruik een zelfontspanner of afstandsbediening.
8. Foto’s opslaan en organiseren
Iedereen heeft zijn eigen manier van opslaan van de foto’s. Het is een goede gewoonte om er voor te zorgen dat je je foto’s vanaf je camera naar de computer op gaat slaan, zoals jij dat handig vindt. Je kunt bijvoorbeeld per jaar een map aanmaken met daarin mapjes op datum. Of misschien sla je alles liever op per uitje of vakantie. Je zult hier zelf een systeem in moeten vinden. Gebruik de juiste plaats om ze op te slaan, zoals de juiste schijf. Ga je de foto’s bewerken in bijvoorbeeld Luminar of Lightroom, dan is het handig om de bewerkte en uitgezochte foto’s apart op te slaan. In Lightroom kun eventueel nog trefwoorden meegeven bij de foto. Deze foto’s wil je misschien in een fotoalbum gaan gebruiken. Zorg dat je hier dus ook een systeem in gaat vinden en sla deze goed op.
9. Back-up
Daarnaast is het verstandig om een back-up te hebben van je foto’s. Je wilt toch niet je foto’s kwijt raken, om wat voor reden dan ook. Een automatisch back-upsysteem is erg handig. In principe hoef je dan niet steeds zelf je foto’s op twee plaatsen op te slaan. Het is belangrijk dat je regelmatig controleert dat de back-up wel uitgevoerd wordt.
10. Geheugenkaart formatteren
Maar er een goede gewoonte van om je geheugenkaart te formatteren nadat je de foto op de computer hebt gezet. Het formatteren van je geheugenkaart doe je met je camera. Dan wordt de kaart op de juiste manier leeggemaakt. Het laden op de computer gaat ook sneller als je kaart niet vol staat met foto’s die je al op je computer hebt staan. De software hoeft dan niet eerst na te kijken welke foto’s er al geladen zijn.
Veel plezier! #blijfklikken