Kaderen

Kaderen

Kaderen in een foto is een compositietechniek en wordt ook wel sub-framing genoemd. Bij het gebruik van een kader vestig je de aandacht op je hoofdonderwerp door de rest van het beeld als een soort kader of fotolijst te gebruiken. Door het gebruik van een kader creëer je ook diepte in de foto. Een schilderij of foto aan de muur zit vaak in een lijst. Dat is ook een kader.

De techniek kaderen wordt al eeuwenlang toegepast in bijvoorbeeld de landschapsschilderkunst. Kaders werken in principe net als lijnen en symmetrische vormen; ze leggen nadrukkelijk de focus op het onderwerp.

Waaruit kan een kader bestaan?

Een kader kan uit van alles bestaan, bijvoorbeeld uit takken, bladeren, een tunnel, een raam, een deuropening, bogen enzovoort. Wanneer je het lichtste gedeelte achter het kader weet te krijgen, worden de ogen van de kijker automatisch naar het lichtste gedeelte getrokken.

Kijker

Het oog van de kijker moet leiden naar het onderwerp achter het kader. Je moet er bij kaderen op letten dat het kader niet de meeste aandacht trekt. Het gaat om het onderwerp waar je de aandacht op wilt vestigen.

Hoeveel zijden?

Het is bij het kaderen niet perse nodig dat het kader langs alle vier de zijden van de foto komt. Vaak werkt een foto met een frame aan twee of drie kanten ook erg goed, maar zelfs één kant kan heel goed werken. Bekijk goed hoe je de foto gaat maken, zodat de ogen van de kijker direct naar het onderwerp worden getrokken.

Waarom een kader gebruiken?

Een kader in je foto kan saaie delen, zoals lucht of zandvlakte, opvullen en daardoor die ruimte spannender maken. Het kader staat vaak dichterbij of juist wat verder weg dan het onderwerp. Daardoor kun je een kleinere scherptediepte aanbrengen en dat maakt je foto minder ‘plat’.

Op vakantie wil je bijvoorbeeld van het mooie uitzicht wat je ziet een foto maken. Helaas komt de foto uiteindelijk niet over zoals je het zag. Het mist bijvoorbeeld de diepte. Door in de foto op de voorgrond een kader te gebruiken, komt een natuurfoto vaak beter tot zijn recht, zoals de grootte van een berg of de diepte in de foto. Vaak is er wel een kader te vinden van bijvoorbeeld bomen of rotsen. Je kunt ook vanaf een laag standpunt fotograferen, zodat je de grond op de voorgrond meeneemt. Deze zorgt dan ook voor diepte in de foto.

Andere kaders

Denk ook eens aan andere kaders, iets waar je ook een foto doorheen kunt maken, ofwel een doorkijkje. Denk bijvoorbeeld aan het maken van een kader met je handen, arm of benen. Daarnaast zou je gebruik kunnen maken van het handvat/oog van een beker of een opening in een hek.

Let er wel op dat het doorkijkje toepasselijk is en dat het onderwerp goed scherp is. Het kan dan soms erg mooi zijn als alles naast het onderwerp wat onscherp/wazig is. Gebruik dan een groter diafragma. Wil je dat het kader en het onderwerp scherp zijn, gebruik dan een diafragma van f/11 en neem iets meer afstand.

Raamkozijnen en deurposten

Ramen en deuren kun je ook uitstekend gebruiken als kader. Vanuit een open raam kun je mooi naar buiten fotograferen. De deuropening kun je gebruiken om daarachter een onderwerp te plaatsen. Neem dan ook iets van de ruimte voor de deuropening mee.

Ga ermee aan de slag, ga opzoek naar kaders. Het vergt wat oefening om natuurlijke kaders te herkennen. Lukt het eenmaal de kaders goed toe te passen, dan geeft dat iets extra’s aan je foto’s. Pas het alleen toe als het ook iets aan je foto toevoegt.

Bekijk ook eens het blog over de compositietechniek ‘Leidende lijnen in je foto‘ en ‘Reflecties fotograferen‘.  

De onlinecursus compositie is wellicht ook iets voor jou. Daarbij leer je de verschillende compositietechnieken.

Veel plezier! #blijfklikken