Lichtmeting, hoe werkt dat?

Lichtmeting, hoe werkt dat?

Lichtmeting, hoe werkt dat? Je wilt dat de foto goed belicht is. Met je camera zijn er verschillende manieren om de belichting te meten. Elke digitale camera van tegenwoordig beschikt over verschillende lichtmeetmethoden. Per merk kan dat wel weer anders benoemd worden, maar meestal wordt het ‘lichtmeting’ of ‘belichtingsmeting’ genoemd.

Het is belangrijk om te weten welke soorten lichtmeting er zijn en hoe het precies werkt. Door te weten welke methode je het beste kunt gebruiken in een bepaalde situatie, kost het weinig moeite om een goed belichte foto te krijgen. Hierdoor kun je al snel goede foto’s maken onder ‘lastige’ lichtomstandigheden.  

Lichtmeting-hoe-werkt-dat-per-merk

Wat is lichtmeting?

Met de lichtmeting bepaal je hoeveel licht er nodig is voor de belichting van je foto. De sensor van je camera vangt al het licht op dat wordt gereflecteerd door je onderwerp en bepaalt op basis daarvan de juiste instellingen. Die hoeveelheid licht wordt vervolgens ‘verdeeld’ over diafragma, sluitertijd en ISO. Elke camera heeft de beschikking over diverse lichtmeetmethoden. Daarmee bedoel ik de verschillende manieren waarop dat gereflecteerde licht gemeten wordt.

Bijvoorbeeld:
Bij een heel licht onderwerp, zoals sneeuw, wordt er dus meer licht richting de camera gestuurd dan bij een donker onderwerp, zoals een zwarte auto. De camera past dit licht vervolgens aan om er een meer neutrale belichting van te maken (18% grijs). In principe probeert hij altijd de felheid van de kleur midden grijs na te streven. Witte sneeuw wordt dus grijs, maar ook de donkere auto wordt grijs. Dat is natuurlijk niet de bedoeling.

Lichtmeter

De lichtmeter geeft aan of je foto goed, onder- of overbelicht is. Voor een goed belichte foto moet de lichtmeter op 0 staan. Staat de meter aan de linkerkant, dan wordt je foto onderbelicht en staat de meter aan de rechterkant dan wordt de foto overbelicht. De  lichtmeter vertaalt alles naar middengrijs. Dat betekent dat je belichting niet in alle gevallen meteen het juiste resultaat geeft, ook al staat de meter in het midden.

Lichtmeting-hoe-werk-dat-Lichtmeter

Meervlaksmeting (of matrixmeting)

Meervlaksmeting (of matrixmeting) is de meest gebruikte meting. Dit is vaak de standaardmeting van de camera. Deze lichtmeetmethode houdt rekening met de helderheid van het hele zoekergebied. Het is niet zomaar een gemiddelde, maar gebaseerd op een bepaalde vlakverdeling.  Deze meting geeft in de meeste gevallen de beste resultaten. Meervlaksmeting verdeelt het complete beeld in meerdere vlakken en meet vervolgens het licht in al deze vlakken. Je camera legt deze resultaten naast elkaar en maakt hier een gemiddelde van.

Bij een gelijkmatige belichting werkt deze meting prima, maar bij een beeld met veel contrasten zal je lichtmeter hier moeite mee hebben. De belichting van je beeld kan dan tegenvallen.

Lichtmeting-hoe-werkt-dat-Meervlaksmeting-matrixmeting

Deelmeting

Wil je dat de camera alleen maar rekening houdt met de helderheid in het midden van de zoeker, dan is deelmeting de juiste meetmethode. Deelmeting meet het midden van je beeld zonder de rest van het beeld mee te rekenen. Deelmeting meet ook een veel groter deel van het midden dan spotmeting.

Lichtmeting-hoe-werkt-dat-Deelmeting

Spotmeting

Bij spotmeting meet de camera heel gericht onder een hele kleine hoek het licht dat op een klein punt in het centrum van de sensor valt. Als je dan vervolgens je diafragma en sluitertijd zodanig afstelt dat de lichtmeter op 0 staat, is je onderwerp waar je op dat moment op gericht hebt precies tot middengrijs belicht.

Bij een licht onderwerp zal je bij spotmeting de meter moeten negeren en meer moeten overbelichten. In het geval van een donker onderwerp kan je dus beter onderbelichten.

Lichtmeting-hoe-werkt-dat-Spotmeting

Centrumgewogen meting

Centrumgewogen meting meet een aantal punten in je gehele beeld, maar legt een grotere nadruk op het midden. Het midden wordt dus zwaarder meegerekend. Centrumgewogen meting gebruik je vaak bij tegenlichtsituaties. Gebruik je meervlaksmeting bij tegenlichtsituaties, dan wordt je onderwerp hoogstwaarschijnlijk een silhouet. Met centrumgewogen meting zal je onderwerp veel beter belicht worden.

Dit maakt deze meting ideaal voor tijdens concerten of in theaters.

Lichtmeting-hoe-werkt-dat-Centrumgewogen

Voorbeeldfoto’s

Hieronder zie je vier voorbeeldfoto’s. Ze zijn allemaal gefotografeerd in de A(v)-stand, de diafragmavoorkeuze. De foto’s zijn gemaakt met diafragma f/5.6 en ISO 200. Kijk goed naar de gebruikte lichtmeetmethode en de sluitertijd die de camera zelf heeft gekozen.

Lichtmeting-hoe-werkt-dat-voorbeeldfoto's

De juiste lichtmeetmethode kiezen

Hoe kies je nu de juiste lichtmeetmethode? Je zult altijd zelf in de gaten moeten houden of je foto voornamelijk uit donkere of lichte delen bestaat. De camera maakt na het meten van het licht zelf een bepaalde inschatting en past die inschatting ook toe als je bijvoorbeeld op automatische instellingen, sluitertijdvoorkeuze of diafragmavoorkeuze, werkt. Meestal werkt dat prima, maar zijn er grote contrasten, dan zul je altijd handmatig bij moeten springen óf een grijskaart of externe lichtmeter moeten gebruiken.

Histogram

Je weet nu alles over lichtmeting en lichtmeetmethodes. Twijfel je nog of je de juiste lichtmeting hebt gekozen? Bekijk dan je histogram. Via je histogram kan je bekijken of je foto goed belicht is of dat je nog wat meer moet onderbelichten of moet overbelichten. Bekijk ook mijn blog ‘Histogram bij fotografie lezen‘ voor meer informatie.

Veel plezier! #blijfklikken

Was dit artikel nuttig?
×

Hoi!

Klik hieronder om te Whatsappen of verstuur een e-mail naar info@fotografieploeg.nl.

×